Whatsapp Facebook X LinkedIn RSS feed

Meebewegen met groeiende vraag naar veenvrij product

ARTIKEL
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Jeannet Pennings, donderdag 20 juli 2023
190 sec


'De boomkwekerijsector staat aan het begin van een vezeltransitie'

Het substraat dat boomkwekers gebruiken, moet in 2050 minimaal 90 procent hernieuwbare grondstoffen bevatten. 'Maar als de markt al eerder om veenvrij vraagt, dan moeten wij meebewegen', zegt laurierkweker Charl Goossens. Hij startte vijf jaar geleden met de omschakeling naar veenvrij telen. Inmiddels heeft hij ook een laboratorium, waarin onderzocht wordt hoe je met reststromen uit de kwekerij nieuwe producten kunt maken. Vezels voor substraat zijn daarvan een voorbeeld.

René van Gastel (l.) van GroeiBalans en Charl Goossens van Gova
René van Gastel (l.) van GroeiBalans en Charl Goossens van Gova

'Zes jaar geleden zijn wij begonnen met het verwaarden van reststromen', vertelt Charl Goossens, eigenaar van de 20 hectare grote laurierkwekerij Gova in het Brabantse Nispen. 'Dat begon met de productie van olie uit onze Laurus nobilis, oftewel laurier.' Maar de kwekerij had meer reststromen die de basis kunnen zijn voor nieuwe producten. Vanuit die gedachte ontstond VARTA (valorisatielab reststromen tuin- en akkerbouw). Dit bedrijf houdt zich bezig met onderzoek naar planten, bijvoorbeeld om olie, kleurstof of vezels te winnen uit het deel van de teelt dat nu afgevoerd of gecomposteerd wordt.

Voor het eerst veenvrij

De nieuwe grondstoffen worden onder meer gebruikt voor de productie van cosmetica, voeding en papier. Maar het kan ook gaan om vezels voor veenvrije potgrond. 'Als eigenaar van Gova kreeg ik een paar jaar geleden de vraag of wij al veenvrij teelden. Aangezien laurier een meerjarige teelt in potten betreft, duurt het een aantal jaren voordat je helemaal omgeschakeld bent. Wij zijn daarom vijf jaar geleden al begonnen met ander substraat, op basis van onder andere Miscanthus-vezels. Dit jaar zijn voor het eerst alle planten op de kwekerij veenvrij.' Dat levert volgens Goossens veel positieve reacties op. 'Vooral bij Engelse afnemers, maar ook grote klanten in andere landen willen om. Noorwegen, Zweden en Duitsland zijn daar voorbeelden van.'


Veen niet duurzaam

In Nederland ligt er een doelstelling - het veenconvenant - om in 2050 alleen nog substraat te gebruiken dat geen negatieve milieu-impact heeft. Het percentage hernieuwbare grondstoffen moet dan minimaal 90 procent van het totale ketenvolume zijn. 'Maar als de markt die beweging al veel eerder maakt', zo benadrukt Goossens, 'zullen wij daar als kwekers in moeten meebewegen.' En terecht, vindt hij. 'In oude veengebieden ligt CO2 van duizenden jaren geleden opgeslagen. Dat afgraven is volstrekt niet duurzaam.'


'Áls de markt die beweging al veel eerder maakt, zullen wij daar als kwekers in moeten meebewegen'

Veenvervangers

Om veen te kunnen vervangen, moet er meer gezocht worden naar circulaire vezels. 'Bij voorkeur lokaal geteeld', zegt Goossens. 'Nu wordt er veel kokos gebruikt, vaak afkomstig uit Sri Lanka. Dat zorgt voor logistieke risico's en een ongunstige voetafdruk. Bovendien zal de prijs hard stijgen als we massaal overstappen op kokos. Miscanthus kan een goed alternatief zijn; daar staan honderden hectares van in Zeeland. Maar ook wilg, hennep en compost zijn interessant. VARTA onderzoekt hoe we deze circulaire grondstoffen in substraat kunnen toepassen. Er zijn nu circa tien veenvervangers beschikbaar, maar we hebben er zeker dertig nodig. Iedere plant vraagt andere substraateigenschappen. Ook is de beschikbaarheid van alternatieven nu nog beperkt.'


Andere manier van telen

Goossens werkt nauw samen met René van Gastel van GroeiBalans Teelt & Onderzoek. Zo voeren VARTA en GroeiBalans samen met Treeport Zundert een project uit genaamd 'Gezonde vezelvolle potgrond, lokaal geteeld'. Daarin begeleiden zij zes boomkwekers bij de overgang naar een veenvrije teelt. 'Dit is echt een project bij en met kwekers', vertelt Goossens. 'En dat is belangrijk, want de overstap vergt een andere manier van telen. Dat hebben we bij Gova zelf ervaren, met vallen en opstaan.'
Telen in veen is volgens de Brabantse ondernemer relatief makkelijk. 'Alternatieven hebben vaak een hogere pH-waarde en minder waterbufferend vermogen. Je zult als teler vaker water moeten geven en meer moeten sturen in de bemesting. Op onze eigen kwekerij nemen we nu vaker grondmonsters om te monitoren of het goed gaat. Ook hebben we geïnvesteerd in een tweede A- en B-bak-systeem, zodat we de meststoffen die met de watergift meegaan beter kunnen sturen.'


Gunstig perspectief

Het is noodzakelijk om duurzame veenvervangers te vinden, maar Goossens denkt vooral in kansen. 'De zoektocht biedt mogelijkheden om reststromen beter te verwaarden. Wilg is daar een goed voorbeeld van. Wie had gedacht dat we wilg als vezel in potgrond kunnen gebruiken? In de bast zit bovendien salicine, dat ook gebruikt wordt als biostimulant. Het maakt de plant sterker.' Voor wilgensnippers ontbreekt nu vaak een bestemming. Bovendien zoeken waterschappen en overheden onderhoudsarme soorten om in de natuur aan te planten. 'Als zij gebruik kunnen maken van bepaalde wilgensoorten en andere bomen die van waarde kunnen zijn voor substraat, en we kunnen daar elke paar jaar van oogsten, dan is het perspectief heel gunstig. Dan kunnen we echt lokaal meer valoriseren.'


'De zoektocht biedt mogelijkheden om reststromen beter te verwaarden. Wilg is daar een goed voorbeeld van'

Onderscheiden

De boomkwekerijsector staat volgens Goossens aan het begin van de vezeltransitie. Of er voldoende tijd is om de in het veenconvenant gestelde doelen te halen, moet blijken. 'Niet alle groothandels zullen direct om veenvrije producten vragen. Net als in de kwekerij heb je koplopers en volgers. Voor alles is een markt. Wel zullen grote marktpartijen vanaf 2027 naar veenarme producten vragen. Dat biedt kansen om je als kweker te onderscheiden.'


Betere wereld

Gova vermeldt dit najaar op de etiketten dat het volledig veenvrij teelt. 'Als je het kunt, mag je het ook aan de buitenwereld laten zien', vindt Goossens. 'We kunnen niet direct een hogere prijs voor onze producten rekenen, maar we zijn als kwekerij wel in beeld bij bepaalde grote afnemers. Op die manier verdienen we onze investeringen terug.' Maar het belangrijkste volgens de ondernemer is de intrinsieke motivatie. 'We willen met Gova een betere wereld achterlaten en duurzaam omgaan met onze eigen productie. En dat doen we door nog steeds mooie planten en lekkere laurier te produceren.'


Om te kunnen reageren moet je zijn ingelogd.   LOGIN   of maak gratis een account aan.

REACTIES
Er zijn nog geen reacties.

download artikel

Tip de redactie


ONDERDELEN
Archief
Dossiers
GIP
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER