Ctgb: 'kandidaten voor vervanging' worden vanaf 1 januari 2024 ook echt vervangen als er een veiliger stof is |
|
|
|
|
 |
| 64 sec |
Vergelijkende evaluatie risicovolle stoffen in gewasbeschermingsmiddelen wordt aangescherpt
De werkwijze voor de vergelijkende evaluatie voor 'kandidaten voor vervanging' wordt per 1 januari 2024 aangepast. Dat heeft het Ctgb besloten in de novembervergadering. 'Kandidaten voor vervanging' zijn stoffen in gewasbeschermingsmiddelen waarvoor de Europese wetgeving bepaalt dat ze - waar mogelijk - vervangen moeten worden door alternatieven die veiliger zijn. Toch werden dergelijke stoffen sinds 2016 nog niet daadwerkelijk vervangen. Daar moet nu verandering in komen.
| Kantoor van het Ctgb in Ede |
De nieuwe werkwijze maakt het proces volgens het Ctgb effectiever en efficiënter. Daardoor komen of blijven middelen met deze stoffen niet langer op de markt als er ook een veiliger alternatief kan worden gebruikt, zo is het doel.
Bij de beoordeling kijkt het Ctgb of één van de alternatieven veiliger is dan het middel met de kandidaat voor vervanging. Er is nu bepaald dat alle niet-chemische maatregelen en laag-risicomiddelen worden per definitie als veiliger worden beschouwd. Overige middelen worden als veiliger beschouwd wanneer er minder strenge veiligheidsvoorschriften nodig zijn dan voor het middel met de kandidaat voor vervanging.
|
|
Risicovolle stoffen in gewasbescherming moeten nu ook echt vervangen worden door veiliger alternatieven, als dat kan
| |
|
Dit maakt de procedure simpeler en eenduidiger. De vergelijkende evaluatie kan sneller worden afgehandeld en middelen kunnen - waar mogelijk - daadwerkelijk vervangen worden door alternatieven die veiliger zijn voor mens, dier en milieu.
Geen aanpassingen naar aanleiding van raadpleging
Voorafgaand aan het collegebesluit lag dit voorstel gedurende vijf weken ter inzage. Er werden reacties ontvangen van milieuorganisaties, vertegenwoordigers van telers en producenten van gewasbeschermingsmiddelen. In de reacties werd er onder andere op gewezen dat systemen als geïntegreerde gewasbescherming (IPM) als alternatief beschouwd zouden kunnen worden. Ook gaf een aantal respondenten aan dat de mogelijke afname van het aantal beschikbare middelen het risico op resistentie zou kunnen verhogen. De reacties leidden niet tot grote inhoudelijke wijzigingen in het voorstel, wel tot wijzigingen en verduidelijkingen in de tekst.
|
|
| Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
