Joris van de Vleuten (Den Ouden): 'Wij kunnen onze productie herwinbare grondstoffen voor substraten in vijf jaar vervijfvoudigen' |
|
|
|
|
 |
| 127 sec |
Veel meer kennis delen in de keten zorgt voor versnelling van de transitie naar acceptatie en gebruik van herwinbare grondstoffen in teeltsubstraten
Joris van de Vleuten is directeur van Den Ouden Organic. Vanuit die functie is hij volop betrokken bij de transitie naar een toekomst waarin we van lokale grondstoffen (zoals groenafval) veilige en stabiele grondstoffen maken om uiteindelijk minder veen te gebruiken in de teeltsubstraten. Van de Vleuten ergert zich weleens aan het benadrukken van onmogelijkheden en de voorzichtigheid waarmee we op dit dossier opereren. Volgens hem is er veel meer mogelijk en kan het veel sneller. 'Alleen al vanuit Den Ouden kunnen wij onze productie van herwinbare grondstoffen in vijf jaar vervijfvoudigen.'
 |
Joris van de Vleuten ziet als belangrijkste obstakel een gebrek aan ketensamenwerking en daarmee het gebrek aan kennisdeling tussen de verschillende partners in de keten: Ontdoeners van groenafval(overheden), producenten van herwinbare grondstoffen, substraatbedrijven en kwekers. Groenafval moet allereerst lokaal beschikbaar blijven: 'Kwekers weten alles over het opkweken van planten. Substraatleveranciers hebben alle kennis over hun substraten. En wij weten alles over onze herwinbare grondstoffen. Als we beter samenwerken en meer kennis delen, kunnen we een veel snellere transitie bereiken.
Achterwaartse ketenintegratie en/of verandering van wet- en regelgeving dwingt telers in de transitie naar minder veengebruik. Dat is in de basis natuurlijk niet de juiste motivatie, maar zorgt wel voor druk bij telers om te veranderen. Echter begin je op die manier met veel onzekerheid aan een avontuur waarbij wel degelijk op een andere manier geteeld moet worden. Want daar moeten kwekers terdege rekening mee houden. Kweken op substraat met minder of geen veen vereist een fundamenteel andere aanpak. Kwekers moeten als het ware terug naar de schoolbanken en ervaring opdoen met ander grondstoffen dan veen.
|
|
Veen zit sterk in teeltsystemen verankerd
| |
|
Miljoen m3
Den Ouden produceert momenteel ongeveer 200.000 m3 herwinbare grondstoffen voor de substraatmarkt. Dit omvat materialen zoals compost, houtvezel, schorsvezel, schors en daarnaast de verschillende premixen samengesteld uit deze grondstoffen, aangevuld met additieven. Deze materialen worden geleverd aan potgrondbedrijven in een straal van ongeveer 250 kilometer rondom Schijndel, waar het hoofdkantoor van Den Ouden is gevestigd. Van de Vleuten zegt: 'Ik denk dat we in staat zijn om de productie van deze grondstoffen in de komende vijf jaar te vervijfvoudigen. Volgens mij is dat de richting waar dit marktsegment toe in staat moet zijn. Maar we moeten in de keten de uitdaging aangaan om dit voor elkaar te krijgen. Op dit moment houden we vast aan zekerheden om niet in beweging te komen.'
Overigens kan vertraging of uitstel wel gegronde redenen hebben, meent Van de Vleuten. 'Kwekers hebben de afgelopen jaren veel te verduren gehad. Eerst met de coronapandemie en daarna met de energiecrisis. Aan de andere kant moeten we wel doorgaan op de ingeslagen weg, aangezien we een convenant hebben gesloten en de maatschappij erom vraagt.'
|
|
Als we morgen beginnen met telen, kunnen we de transitie een enorme impuls geven
| |
|
Incourante gronden
Hoe denkt Den Ouden deze vervijfvoudiging van de productie te realiseren? Van de Vleuten zegt: 'We hebben veel incourante gronden op Nederlands grondgebied die vrijkomen door veranderingen in de agrarische sector, waar gewassen zoals miscanthus of wilg geteeld kunnen worden. Wij kunnen dat doen, maar de marktvraag moet wel in beweging komen. In ieder geval worden de komende jaren vraaggestuurde teelten van herwinbare grondstoffen opgezet.
Tevens moet de substraatmarkt inzetten op een meerjarig forecast systeem zodat het hele jaar een constante stroom van producten met een constante kwaliteit gegarandeerd kan worden. Met veen is dat overzichtelijk, aangezien het materiaal nog in ruime mate beschikbaar is. Maar bij het werken met hernieuwbare grondstoffen moet je met verschillende ingangsmaterialen toch een constante eindkwaliteit kunnen leveren. Dat is een uitdaging, maar met goede samenwerking in de keten zal dit lukken. Joris van de Vleuten: 'Als we morgen beginnen met telen van herwinbare grondstoffen, zal dat een impuls geven in de overkoepelende transitie.'
|
|
| Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
