Whatsapp Facebook X LinkedIn RSS feed

Medelijden met inkopers

ARTIKEL
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Hein van Iersel, vrijdag 16 augustus 2019
217 sec


We gaan in onze ontwikkeling van nieuwe cultivars wel eens te snel. We moeten meer tijd nemen om een nieuwigheid te testen.

In 1965 begon Wout van den Dool een kwekerij aan het Rijneveld. Het waren de hoogtijdagen van Boskoop 'oude stijl', met hoofdzakelijk teelt in de volle grond. Van den Dool sr. begon ook als vollegrondkweker, maar besloot na een bezoek aan Zwitserland dat de toekomst lag in het telen op een containerveld.

Pieter van den Dool
Pieter van den Dool

Inmiddels zijn containervelden boomkwekerijbreed dagelijkse kost. Voor veel teelten moet je bijna op zoek naar een kweker die nog in de volle grond kweekt. Maar in 1965 was dat wel anders en Van den Dool sr. werd bijna voor gek verklaard door de Boskoopse goegemeente.
Die innovatiekracht die senior in 1965 aan de dag legde, gold ook voor beide zonen Pieter en Menno. Nadat de beide zonen rond 1990 in het bedrijf kwamen was het rond 2000 tijd om het bedrijf van vijf lokaties waaronder de oude plek aan het Rijneveld in Boskoop te verhuizen naar één nieuwe locatie aan de Zesde Tochtweg in Waddinxveen. Het bedrijf stond op dat moment voor de investering om op alle vijf locaties te investeren in een recyclebare teeltvloer, inclusief een bijbehorend waterbassin. Bijna nog belangrijker dan de verhuizing was een grondige studie om uit te zoeken op welke manier er efficiënter gewerkt kon worden. Daarbij werd niet zozeer gekeken naar collega-boomkwekers, maar meer naar potplantenkwekers, die veel grootschaliger kweken. Wat bleek: veel arbeidstijd werd besteed aan het transport van planten. Daarom wordt op de nieuwe locatie alleen nog op roltafels getransporteerd en hoeven planten niet meer op karretjes geladen te worden om verpot of gesnoeid te worden. Er wordt overigens niet op roltafels gekweekt. Op de grond groeien de planten beter. De vergelijking met potplantenkwekers gaat overigens in bepaalde gevallen mank. Die teelten duren vaak veel korter dan die van een boomkweker en door die verschillende schoven per jaar is het veel makkelijker om investeringen terug te verdienen. Volgens directeur Pieter van den Dool is de stelregel grosso modo dat een investering in roltafels terug te verdienen is als je iets minimaal drie keer per jaar moet verplaatsen.


Voor zichzelf beginnen

De gebruikelijke gang van zaken bij bedrijfsopvolging is dat de zonen of dochters in het bedrijf komen en dan langzaam de taken van de oude generatie overnemen. Zo leek het ook te gaan bij Van den Dool, totdat senior besloot dat het tijd was om voor zichzelf te beginnen in de teelt van grote struiken in C3 en C7. De situatie is nu dat Pieter en Menno het bedrijf aan de Zesde Tochtweg runnen en Wout van den Dool het bedrijf aan het Rijneveld. Formeel zijn het twee bedrijven, maar de bedrijfsvoering is wel nauw op elkaar afgestemd. Aan het Rijneveld worden bijvoorbeeld de wat grotere sierheesters gekweekt, die bijna zonder uitzondering zijn opgezet door het bedrijf in Waddinxveen.


Het loont om iets te automatiseren wat je minimaal drie keer per jaar doet

Kerst stukje DoolCultures
Kerst stukje DoolCultures

Kerst

De handel van Van den Dool richt zich primair op het kweken van een breed sortiment heesters. Dat lijkt niet heel bijzonder. Aparter is een aantal nevenspecialismen, zoals het leveren van kersthandel. Dat zijn kleine coniferen (bijvoorbeeld Picea conica, Chamaecyparis en Juniperus) die met wat sneeuw, een bijzondere pot en een steker in kerstsferen worden gehuld. Het is vaste prik; ieder jaar na Allerheiligen en Allerzielen begint het uitleveren van deze productgroep. Dat loopt door tot aan de kerst en in sommige gevallen ook nog daarna, omdat de Russische kerst zoals bekend pas gevierd wordt als wij Driekoningen vieren.

De kersthandel is natuurlijk een uitvloeisel van het eigenlijke specialisme: plantgoed in P9-potjes, waarvan er jaarlijks tussen de drie en vier miljoen het bedrijf verlaten. Hardlopers hier zijn Thuja 'Smaragd' en Cupressocyparis leylandii, maar de totale lijst is met 400 cultivars veel langer. Boomkweker Pieter van den Dool merkt hierover dat hij weleens medelijden heeft met inkopers: Hoe kun je uit zo'n lange lijst nog de juiste keuze maken? Veel van die 400 cultivars zijn overigens licentiesoorten.


Ook bij het derde specialisme van Van den Dool gaat het in veel gevallen om licentiesoorten. Het gaar hier om een sortiment van ongeveer 250 heesters die worden gekweekt in de potmaten C3 en C7, die in eerste instantie bestemd zijn voor de markt voor visueel aantrekkelijke planten, maar die ook afgezet kunnen worden op de aanlegmarkt. Toppers daarbij zijn verschillende hortensia's, zoals Annabelle, en een sortiment Rhododendron.

Het succes van een plant is vaak slecht te voorspellen. Een goed voorbeeld daarvan is Photinia fraseri 'Dicker Toni'

Photinia Faros Red
Photinia Faros Red

Licentiesoorten

Pieter van den Dool heeft zoals gezegd weleens medelijden met inkopers, die uit zoveel nieuwe soorten steeds maar weer de beste keuze moeten maken. Hij is daarnaast ook kritisch op de sector, die soms wel verslaafd lijkt aan nieuwe soorten. Een voorbeeld dat dit ook mis kan gaan, is de hangende vlinderstruik Buddleja 'Dreaming Lavender', die een paar jaar geleden op de markt kwam. Van den Dool: 'Daar geloofden we allemaal heilig in. En hoewel ik niks wil zeggen over de soort als zodanig, is het voor ons bedrijf een mislukking geworden. Te kwetsbaar en te gevoelig. Dat kwam vooral doordat de plant bijna groeide als een Surfinia. Dat in combinatie met onze teelt in P9 potjes paste gewoon niet. Dit mooie vlinderstruikje brak heel snel als hij werd verplaatst. Die plant paste dus niet in onze teelt. Ik heb op het moment drie stekken als hanging basket in mijn eigen tuin staan; daar doet hij het fantastisch en ze zijn ook erg mooi. Maar in het algemeen geldt: We gaan in onze ontwikkeling van nieuwe cultivars wel eens te snel, we zouden meer tijd moeten nemen om een nieuwigheid beter te testen. Als deze nieuwe cultivar bij een potplantenkweker terecht was gekomen, dan was deze buddleja geheid een succes geworden.'


We gaan in onze ontwikkeling van nieuwe cultivars wel eens te snel, we zouden meer tijd moeten nemen om een nieuwigheid beter te testen.'

De boomkweker wil de markt daarom meegeven dat we misschien wat doordachter moeten omgaan met nieuwe soorten. Van den Dool snapt de enorme druk die er op agenten als Plantipp staat en ook de voortdurende roep van afnemers om steeds weer nieuwe soorten, maar uiteindelijk is iedereen erbij gebaat als er alleen soorten op de markt komen die echt een succes zijn.

Aan de andere kant ziet Van den Dool ook wel dat het succes van een plant vaak slecht te voorspellen is. Een goed voorbeeld daarvan is Photinia fraseri 'Dicker Toni'. Deze glansmispel moest het bedrijf drie jaar op rij weggooien; daarna ging het ineens lopen. Nu is de plant onder de naam Carré Rouge niet meer aan te slepen.

Om te kunnen reageren moet je zijn ingelogd.   LOGIN   of maak gratis een account aan.

REACTIES
Jeroen den Hengst
Friday 16 August 2019
Leuk artikel Pieter.
Nico Rijnbeek
Friday 16 August 2019
geweldig mooi stuk goede promotie voor het vak ben het helemaal eens met de stelling teveel nieuwe soorten en te snel op de markt brengen van een nieuw soort

download artikel

Tip de redactie


ONDERDELEN
Archief
Dossiers
GIP
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER