Groenbemesters voor een gezonde, weerbare bodem |
|
|
|
|
 |
| 135 sec |
Een tussenteelt van groenbemesters is een onmisbare schakel in duurzaam bodembeheer in de boomkwekerij. Groenbemesters geven de bodem rust, brengen de lucht- en waterhuishouding op orde en geven een boost aan het bodemleven. Voor het beste effect is een juiste keuze uit het grote aanbod groenbemesters nodig.
| Silke Japanse haver is een veelgebruikte groenbemester in de boomkwekerij |
De vele positieve effecten van groenbemesters zijn in de Nederlandse akker- en tuinbouw al bekend. Ook veel boomkwekers passen met succes een tussenteelt van groenbemesters toe. Een geschikte groenbemester levert organische stof, structuurverbetering via intensieve beworteling, binding en nalevering van nutriënten, voorkomt bodemerosie, onderdrukt onkruiden en helpt schadelijke bodempathogenen te beheersen. Boven én onder de grond vergroten ze de biodiversiteit en zo versterken ze het natuurlijk evenwicht.
Elke groenbemester is uniek qua beworteling, organische-stofopbrengst, nutriëntenbinding en effect op schadelijke aaltjes. Daarnaast is een ruim aanbod van mengsels van groenbemesters beschikbaar. Hoe maak je de juiste keuze voor jouw bedrijf?
Groenbemesters kiezen
Dat begint met inzicht in je bodem: analyseer de bodem op structuur, organische stof en aanwezigheid van schadelijke aaltjes. Als er problemen met schadelijke aaltjes op de loer liggen, is aaltjesbeheersing altijd het hoofddoel van de groenbemester. Een goede keuze is belangrijk: groenbemesters kunnen schadelijke aaltjes bestrijden, maar ook juist vermeerderen! Dat geldt ook voor groenbemestermengsels wanneer deze een of meerdere waardplanten bevatten.
In de boomkwekerij kunnen in de bodem vooral wortellesieaaltjes (Pratylenchus) en wortelknobbelaaltjes (Meloidogyne) schade veroorzaken. Pratylenchus komt veel voor op lichte gronden, vermeerdert zich op vele waardplanten en onkruiden en kan voor ernstige groeiremming en kwaliteitsderving zorgen. De effectiefste bestrijder is Tagetes patula (afrikaantje). Een geslaagde teelt hiervan geeft een doding van bijna 100 procent. Naast Tagetes wordt Japanse haver veel toegepast in de boomkwekerij. Japanse haver geeft net als zwarte braak een natuurlijke afname van wortellesieaaltjes. Japanse haver heeft daarbij een zeer hoge slagingskans en snelle groei en onkruidbestrijding is goed mogelijk.
Meloidogyne-aaltjes veroorzaken groeiremming. Bij export geldt daarbij dat plantmateriaal vrij moet zijn van Meloidogyne chitwoodi en M. fallax. Japanse haver is bij dit aaltje een slechte keuze. Resistente bladrammenas, zoals LG Doublet, is de effectiefste bestrijder van deze wortelknobbelaaltjes.
Organische stof aanvoeren
Spelen er geen (potentiële) aaltjesproblemen op het perceel, dan wordt de groenbemesterkeuze veel ruimer. Ook hier zijn Tagetes, Japanse haver en bladrammenas goede groenbemesters die de bodem verzorgen, doorwortelen en veel organische stof leveren. Mengsels van groenbemesters zijn ook geschikt. Ze hebben een hoge slagingskans, intensieve beworteling en stimuleren de biodiversiteit:
• LG Orgamax: mengsel van zonnebloem, Japanse haver en gele mosterd
• LG Nemaredux: mengsel van bladrammenas, facelia en zwaardherik
• LG Greencover NKG: mengsel van zonnebloem, facelia, gele mosterd en vlas
• LG EKO groenbemestermix: mengsel van erwt, veldboon, bladraap, bladkool en vlas
Uitwintering
Bij percelen die in het najaar vroeg vrij zijn, is de bodembedekking van groenbemesters waardevol. Bedekte grond behoudt in de winter een veel betere structuur en het bodemleven blijft in stand. Een vorstgevoelige groenbemester zorgt hierbij voor gemakkelijk inwerken in het voorjaar. Tagetes, Japanse haver en de mengsels LG Orgamax en LG Greencover NKG zijn hiervoor bij uitstek geschikt.
 | | Groenbemestermengsel LG Orgamax |
|
|
Effectieve organische stof (EOS) per groenbemester
Silke Japanse haver: 1.150
LG Orgamax: 1.400
Greencover NKG: 1.190
Tagetes patula: 850
Bladrammenas: 875
Biodiversiteit stimuleren
Naast de genoemde groenbemesters is de toepassing van bloem- en kruidenmengsels in opkomst. Natuurlijke vijanden van bijvoorbeeld bladluizen kunnen in een evenwichtig ecosysteem helpen de plaagdruk te beheersen. Bloem- en kruidenstroken bieden voeding en een leefomgeving voor nuttige insecten en dragen ook nog eens sterk bij aan het imago van de sector.
Randen van percelen en teeltvrije stroken langs watergangen zijn perfect geschikt voor het inzaaien van een- of meerjarige akkerrandmengsels, zoals LG Akkerrand Bloemrijk 1 en 2. Maar ook binnen percelen is het mogelijk de biodiversiteit te stimuleren, in de grasstroken of met stroken tussen percelen. Zaai in de grasbanen kruidenmengsels met het gras mee, zoals Advanta Staygreen of LG Graslandkruiden, zodat ze minder vaak gemaaid hoeven te worden en de biodiversiteit vergroten.
 | | LG Graslandkruiden tussen de coniferen van kwekerij Vreugdenhil in Eldersloo |
|
|
LG AKKERRAND BLOEMRIJK
Een- of meerjarige bloemrijke mengsels voor perceelsranden, teeltvrije zones en paden. Hoge slagingskans, langdurige bloei en goed voor natuurlijke plaagbestrijders.
LG GRASLANDKRUIDEN
Mengsel van 16 inheemse kruidensoorten, in te zaaien samen met gras in rijpaden en grasstroken voor meer biodiversiteit.
ADVANTA STAYGREEN 1
Laagblijvende graskruidenvegetatie, voor grasstroken met meer biodiversiteit.
Meer informatie: www.lgseeds.nl en www.advantaseeds.nl
|
|
| Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
