Whatsapp Facebook X LinkedIn RSS feed

Minder veen maar zeker niet minder resultaat

ARTIKEL
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Emiel te Walvaart, vrijdag 14 mei 2021
373 sec


Duitse kweker Opschroef zet 100 procent veenvrij substraat in voor teelt Anthurium en Hebe

Het gebruik van veen in substraat staat onder druk. Ook al zijn er in Nederland nog twijfels over de vraag of totaal veenvrij telen wel haalbaar is. Bij onze oosterburen zijn ze wel al zo ver, mede door de vraag van de eindklant. De Duitse kweker Opschroef in Straelen zet 100 procent veenvrij substraat van Lensli in voor de teelt van Anthurium en Hebe. Coniferenkweker Vredebest in Waddinxveen wil dezelfde weg inslaan.

Wouter de Waal (teeltman bij Vredebest) en Hendrik Hak (algemeen directeur van Vredebest)
Wouter de Waal (teeltman bij Vredebest) en Hendrik Hak (algemeen directeur van Vredebest)

Kwekerij Opschroef in Straelen (Niederrhein), gespecialiseerd in Anthurium en Hebe, is een pionier in de klantenkring van potgrondleverancier Lensli. Enige jaren geleden begon Opschroef met de omschakeling naar veenvrije potgrond. 'We kregen steeds meer vraag uit de markt naar duurzame planten, waarna we een pilot hebben opgezet met verschillende substraten zonder veen. We kozen uiteindelijk voor de potgrond van Lensli, omdat de structuur het beste is en er goed mee te werken is', vertelt kweker Peter Opschroef.

Circulaire grondstoffen

In de Duitse markt wordt het veengebruik steeds meer onder een vergrootglas gelegd, waardoor de marktvraag verandert en het veengebruik drastisch vermindert. 'Verschillende Duitse retailbedrijven willen tegenwoordig alleen planten inkopen die in veenvrij substraat zijn gekweekt. De plantgoedleveranciers in Nederland kunnen niet achterblijven, want er zijn belangrijke exportkanalen naar Duitsland. Ook in ons land gaat de tendens al enigszins naar minder veengebruik', constateert Ronald Keijzer, hoofd kwaliteit bij Lensli.


Lensli streeft dan ook naar het gebruik van meer circulaire en hernieuwbare grondstoffen. In de sector is de doelstelling hiervoor gesteld op 35 procent in 2025. 'Wij willen echter nog een stap verder gaan en in 2025 een procentueel hoger aandeel hebben bereikt. We zien het belang en de mogelijkheden van het gebruik van circulaire grondstoffen.'

De doelstelling in de sector is: in 2025 een aandeel van 35 procent circulaire en hernieuwbare grondstoffen in substraat

Een veenarme of veenvrije teelt vergt een andere aanpak van de kweker. 'Het gebruik van circulaire en hernieuwbare grondstoffen beïnvloedt de samenstelling en structuur van de potgrond. Hierdoor heeft veenvrij substraat een andere gebruiksaanwijzing dan regulier substraat. Het is vooral een kwestie van leren omgaan met nieuwe materialen.'

Absorptiecomplex

Veen heeft van nature een grotere buffer qua voeding en pH, oftewel het absorptiecomplex. 'Dat is een voordeel, want het vangt pieken en dalen op en kan elementen absorberen en vrijgeven. Bovendien zorgt het voor stabiliteit. Bij veel andere materialen, zoals houtvezel, boomschors en kokos, functioneert de buffer voor de pH en voedingselementen een stuk minder. Daar moet je rekening mee houden. Deze grondstoffen leggen minder elementen vast. Het substraat wordt zonder veen wat labieler. Om de buffer te beïnvloeden, zullen we bijvoorbeeld vaker met compost gaan werken, want dit materiaal heeft wél een redelijke bufferfunctie. Niet dat compost een gemakkelijke grondstof is, maar het brengt wel de gunstige buffering mee in het pakket van nieuwe materialen.'


Een ander aandachtspunt bij het gebruik van alternatieve grondstoffen is dat bepaalde grondstoffen van nature voedingselementen bevatten. 'Veen is zuiver en bevat geen voedingselementen. Een organisch product als bark bevat van nature mangaan, en compost juist weer wat meer kalium. Je moet er rekening mee houden dat deze elementen vrij kunnen komen.'

Stikstof-immobilisatie

Stikstof-immobilisatie van substraat speelt ook een grote rol. Keijzer: 'Veen is een organische en natuurlijke grondstof; wat heel oud is. In de loop der tijden heeft het zich ontwikkeld tot een heel stabiel product. Neem ter vergelijking houtvezel of rijstkaf; dit zijn relatief jonge, organische producten, die onderhevig zijn aan afbraak door bacteriën, waarbij stikstof nodig is. Bij het gebruik van deze grondstoffen moet je dus inspelen op stikstof-immobilisatie. Dit vergt een andere werkwijze, omdat we dat niet gewend zijn bij veenmengsels.'


Bij de overgang naar veenarme of veenvrije potgrond moet je vanuit de eigenschappen van het substraat redeneren en vanuit de wensen van de plant. De eigenschappen en gebruiksaanwijzing van een nieuw substraat moeten vergelijkbaar zijn met die van het oude.

Naast de chemische aspecten moeten de fysische eigenschappen uiteraard ook onder de loep worden genomen. 'Veen is een product dat van nature goed water opneemt en vasthoudt. Dit geldt lang niet altijd voor de alternatieve materialen. Je kunt je voorstellen dat bijvoorbeeld boomschors heel anders reageert op vocht dan veen. Kokos, daarentegen, neemt heel gemakkelijk water op en laat het ook weer eenvoudig vrij. Door de bank genomen hebben de meeste alternatieven voor veen een iets minder grote vochtbuffer.'

Bij de overgang naar veenarme of veenvrije potgrond moet je vanuit de eigenschappen van de plant redeneren. De eigenschappen en gebruiksaanwijzing van een nieuw substraat moeten vergelijkbaar zijn met die van het oude. In dit proces is de kweker natuurlijk bepalend. 'Wij bouwen als het ware het huis, maar de kweker bouwt het af en neemt het stuur over op het gebied van vocht en voeding. De interactie met bemesting wordt voor hem wat directer, je moet korter op de bal spelen. Als je dat kunt vasthouden, werkt dat prima.'

One-size-fits-all bestaat niet, ook niet als je minder veen gaat gebruiken, volgens Keijzer. 'Wel zijn er nu goede basissamenstellingen, die het goed doen op het gebied van bijvoorbeeld vocht, en vanwaaruit je verder kunt werken. Het blijft maatwerk, samen met de kweker.'

Keijzer betwijfelt of we helemaal naar veenvrij gaan. 'Het is maar de vraag of dat de duurzaamheid en het eindresultaat helemaal ten goede komt. Naast hernieuwbare grondstoffen gebruiken we nog altijd veen, een prima grondstof met mooie eigenschappen. We gaan veen wel veel gerichter en slimmer gebruiken. Lensli streeft ernaar om zoveel mogelijk RPP-gecertificeerd veen te gebruiken. Het aandeel RPP veen zit nu al op ruim 70 procent.'

'Door de mindere bufferfunctie van veenvrij substraat kunnen meststoffen niet vastgelegd worden, maar zijn ze direct voorradig. Dat betekent meer stikstof en minder kali toevoegen'

Omschakeling naar veenvrij substraat

Opschroef heeft allereerst de teelt van Anthurium geherstructureerd naar veenvrij, waarna twee jaar geleden is begonnen met proeven bij de Hebe-teelt. 'De teelt op de nieuwe substraten vergt een nieuwe werkwijze en we besloten om met het hele bedrijf om te schakelen. We zetten helemaal geen veen meer in en zijn nog in gesprek over veenvrij uitgangsmateriaal met toeleveranciers, zoals opkweek- en stekplantbedrijven. Velen staan er positief tegenover. Nu kunnen we onze klanten voor het eerst plantgoed aanleveren dat 100 procent veenvrij is.' Een goed voorbeeld hiervan is de ontwikkeling van de Hebe-soort 'All Blooms'. Na een intensief traject zal Opschroef samen met negen collega-bedrijven in 2021 de eerste zijn die deze nieuwe turfvrije soort lanceert.


Gregor Kloer, accountmanager Duitsland bij Lensli, ondersteunde Opschroef in het hele traject naar veenvrij kweken. 'Wij wilden de potgrond voor Opschroef zo veel mogelijk met grondstoffen uit Europa samenstellen, zodat we aanvullend ook milieuwinst behalen op het transport van grondstoffen. Dat betekent dat het aandeel kokos beperkt is en dat we liever het lichtere schors, rijstkaf of houtvezel inzetten.'

Goede alternatieven

Opschroef licht een tipje van de sluier op met betrekking tot de inhoud van zijn substraatmengsel. 'De grondstoffen die voor veenvrije potgrond kunnen worden gebruikt, zijn redelijk beperkt. De mogelijkheden liggen onder meer bij bark, rijstkaf, houtvezel en compost. We hebben een basis en vandaaruit bouw je verder.'


De belangrijkste vraag was: kunnen we stabiel blijven met de nieuwe grondstoffen, om op langere termijn concurrerend te zijn? 'Het proces stopt niet als je een goed alternatief vindt, want er valt altijd iets te verbeteren. Voor Anthurium hebben we dan ook een ander substraat dan voor Hebe. De potgrond moeten we afstemmen op de behoeften van de plantsoort. Kokos is bijvoorbeeld geschikt voor het drainagevermogen, maar dat verschilt weer per teelt.'

'De pH is niet hoger geweest dan 5,1 en de potkluit in de nieuwe grond is beter doorworteld'

Een veenvrij substraat vergt ook een andere werkwijze van de kweker. 'Je moet op twee aspecten inspelen. Ten eerste moeten we de plant wat vaker water geven, ter compensatie van het hoge luchtvolume van veen. Dat wil niet zeggen dat de plant meer water nodig heeft, maar de intervallen worden korter. Dat is positief, omdat het bijna onmogelijk is dat een veenvrij substraat te nat wordt. Ten tweede moet je de mindere bufferfunctie van het veenvrije substraat kennen. Meststoffen kunnen niet vastgelegd worden in het substraat, maar zijn direct voorradig. Dat betekent bijvoorbeeld dat je meer stikstof moet toevoegen en minder kali.'

Zo streeft Lensli samen met de kweker naar de beste kwaliteit. Kloer: 'Binnen het beschikbare aanbod bedienen we de klant met de beste grondstoffen. Zo proberen we het substraat naar een hoger niveau te tillen.'

Vredebest

Ook coniferenkwekerij Vredebest in Waddinxveen zet in op minder veengebruik en heeft samen met Lensli een proef uitgezet met veenvrije potgrond. 'We willen testen hoe de teelt op dat substraat in de toekomst uitpakt en hoe onze klanten op het nieuwe aanbod reageren. Het concept veenvrij speelt momenteel zeker in de wereld en we verwachten dat het alleen maar zal toenemen. We kunnen veel leren van die proef, ook wat betreft de verduurzaming van onze teelt', aldus Wouter de Waal, teeltman van Vredebest.


De proef is in juni vorig jaar gestart. De potten zijn gevuld met een Lensli-substraat van kokos en fiber houtvezel. Dit vergt een andere aanpak van de coniferenteelt. 'De grond is grover en houdt minder voeding vast. Voor een betere buffering is klei toegevoegd en hebben we ook een dosering Osmocote in het substraat meegenomen. Het voordeel is dat er constant een beetje voeding wordt afgegeven. De grovere grond draineert goed en raakt de voeding best weer snel kwijt. Omdat de wortel continu vanuit de Osmocote voeding krijgt, loopt de plant in ieder geval geen tekort op.'

Proefareaal

Vredebest heeft ervoor gekozen om het proefareaal tussen de standaard potgrond te zetten. 'De watergift is dan ook hetzelfde. Wel zijn de potten afgestrooid met bark. Ondanks de hete en behoorlijk droge zomer vorig jaar hebben we geen extra water gegeven, want de coniferen stonden niet te droog. Het voordeel is dat de potgrond in september en oktober, wanneer je juist wat droger wilt kweken, beter draineert en daardoor een drogere kluit kan houden.'


De Waal is zeer te spreken over de resultaten. 'De voeding zat er goed in. De pH is niet hoger geweest dan 5,1 en dat is voor ons prima. We starten altijd met een pH van 4,8. In het seizoen loopt deze vaak toch iets omhoog, maar dat geeft niet. Verder is de potkluit in de veenvrije grond beter doorworteld vergeleken met gewone potgrond.'

Een echt nadeel kan hij niet noemen. 'Ik kan me voorstellen dat de lossere grond het gewas wat compacter kan houden, wat op zich een voordeel is. Maar mocht het groeiseizoen matig zijn, dan kan het ook andersom werken, waardoor het gewas te klein blijft. Ik denk dat wij dat vrij goed kunnen opvangen door de juiste verhouding water en voeding in de potgrond. Zonder toevoeging van Osmocote verwacht ik echter wel een kleinere plant.'

Coniferenkwekerij Vredebest
Coniferenkwekerij Vredebest
Alle gewassen op de veenvrije potgrond zijn inmiddels verkocht. De Waal weegt nu af welk vervolg deze proef krijgt. 'Dit jaar gaan we eerst het substraat nog een keer neerleggen, zodat we verschillende jaren met elkaar kunnen vergelijken.' Meteen omschakelen is nu een brug te ver voor Vredebest. 'Deze potgrond vergt wat meer investering en dan zou je dat moeten doorberekenen in de verkoopprijs. Bovendien speelt de vraag naar veenvrij momenteel niet echt voor ons, maar vroeg of laat zal de roep toch toenemen. En dan is de veenvrije potgrond van Lensli een uitstekende optie om mee te starten.'

Om te kunnen reageren moet je zijn ingelogd.   LOGIN   of maak gratis een account aan.

REACTIES
Er zijn nog geen reacties.

download artikel

Tip de redactie


ONDERDELEN
Archief
Dossiers
GIP
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER