Gecoate meststoffen, druppelslangen en bladbemesting: drie meststoftrends in Midden- en West-Brabant

ARTIKEL

Meike Wessels, donderdag 20 mei 2021

240 sec

Kwekers en CLTV vertellen over de laatste meststofontwikkelingen in hun regio

Duurzaamheid lijkt in iedere sector een terugkerend thema. Zo ook in de boomkwekerij, waar termen als precisie-irrigatie en -bemesting geregeld voorbijkomen. We spreken met een drietal kwekers en Marco Schuurmans van CLTV Zundert. Welke trends zien zij op het gebied van bemesting? 'Mij vallen op het moment drie zaken op: het toenemende gebruik van de gecoate meststoffen Preplant en Agromaster, de opkomst van de druppelslang en bladbemesting', aldus Schuurmans.

Joost Sterke maakt gebruik van druppelslangen voor irrigatie en fertigatie. Ook staat hij bij dit vakblad bekend als een voorloper op het gebied van precision farming

Voor plantgoedkweker Jos Willemsen van boomkwekerij Willemsen en zoon in Zundert is het gebruik van bladmeststoffen een trend waarin hij zich kan vinden. Willemsen kweekt hoofdzakelijk plantgoed in de volle grond. Zijn hoofdteelt bestaat uit bladhoudende Prunus en winterharde bloemheesters, zoals Spiraea-soorten. Willemsen maakte een aantal jaar terug deel uit van het bestuur van CLTV en is momenteel betrokken bij een werkgroep van boomtelers. Naast een aantal bladmeststoffen, zoals Foliplus, gebruikt hij ook de meststof Agromaster. Dit is een gedeeltelijk gecoate meststof van ICL Specialty Fertilizers met een werkingsduur van vier tot vijf maanden. Deze is speciaal ontwikkeld voor de volle grond, geeft minder uitspoeling door de langzame afgifte van voedingsstoffen, bevat geen fosfaat en heeft een hoog calcium- en magnesiumgehalte. Willemsen gebruikt zijn bladmeststoffen ter aanvulling van de reguliere meststoffen, zowel voor het bijmesten als voor een hogere plantweerbaarheid. 'Op die manier is de plant weerbaarder tegen ziektes en bacteriën, waardoor we minder gewasbeschermingsmiddelen nodig hebben. Dat is een groot voordeel', vertelt Willemsen.

Jos Willemsen van de gelijknamige boomkwekerij in Zundert

Roelands Boomkwekerijen

Ook Frank Roelands van Roelands Boomkwekerijen in Zundert gebruikt zowel bladmeststoffen als meststoffen op advies van CLTV. Roelands is een gemengde kwekerij met zowel een containerveld als vollegrondteelt, waarin bos- en haagplantsoen de boventoon voert. Omdat het vanwege de wettelijke regels onaantrekkelijk is om veel fosfaat te gebruiken in de volle grond, is Roelands overgegaan op de meststoffen van DCM. 'DCM heeft een omvangrijk assortiment meststoffen ter beschikking die altijd aansluiten bij de behoefte van de plant', vertelt Roelands aan de telefoon. 'Ook zonder fosfaat.'

DCM noemt zichzelf specialist op het gebied van organisch gebonden meststoffen en strookt daarin met de kwekerij van Roelands, die bij voorkeur zo veel mogelijk organisch bemest. 'Het liefst geven we in één keer de volledige dosering voor het groeiseizoen. Hierbij maken we gebruik van DCM MIX 5 en NK-MIX. Als bladmeststof gebruiken we Fytaforce, dat we driewekelijks toepassen als plantversterker', laat Roelands weten. Fytaforce is een biostimulant van Soiltech op basis van compostthee, die de bodem- en plantkwaliteit moet verbeteren.

Joost Sterke

De Midden-Brabantse boomkweker Joost Sterke in Haaren gebruikt Preplant als meststof voor zijn gewassen. De kwekerij van Sterke heeft een behoorlijke omvang; op 35 hectare volle grond, 4 hectare containerveld en in een kleine hectare kas kweekt hij Prunus, Taxus, Ilex, Photinia en Hortensia. Sterke staat bij dit vakblad bekend als een kweker met 100.000 ideeën die er ook nog 99.999 uitvoert. Hij vervult een voortrekkersrol op het gebied van precision farming, wat kortweg inhoudt: meten, meten, meten (is weten). Bij zijn experimenten maakt Sterke gebruik van drones die over de velden vliegen en een beter en sneller resultaat weergeven dan met het blote oog zichtbaar is.

De drone die Joost Sterke gebruikt voor zijn precision farming

Voor de tweejarige sierheesters gebruikt Sterke Osmocote Preplant van ICL Specialty Fertilizers, dat speciaal is ontwikkeld voor de volle grond. Eén dosis is volgens Sterke goed voor zeker twee teeltjaren. Het derde jaar mest hij vloeibare meststoffen bij, met behulp van de druppelslangen waarmee hij zijn gewassen ook irrigeert. Sterke is de eerste kweker in het netwerk van CLTV die met Preplant experimenteerde. 'Osmocote bestond al voor potten en deed het daarin goed, dus ik dacht: waarom zou het niet ook werken in de volle grond?' Na een aantal proeven vond hij voor zichzelf de juiste samenstelling. 'Ik vind het goed werken. De gewassen groeien beter en je gebruikt minder stikstof. Hierdoor benut de plant de stikstof ook beter. De kleur is mooier na de winter. En nog een bijkomend voordeel: je rijdt minder vaak met de trekker door het veld, waardoor er minder gewicht op de bodem drukt', vertelt Sterke.

'Osmocote bestond al voor potten en deed het daarin goed, dus waarom niet in de volle grond?'

Osmocote-meststoffen

Osmocote Preplant wordt met name in Midden-Brabant ingezet, vertelt Schuurmans van CLTV. De meststof is ontwikkeld voor de teelt van grote heesters, coniferen en laanbomen die meerdere jaren op het perceel staan. Sterke dient de meststof toe op hetzelfde moment dat hij gps-gestuurd gaten boort. Door het boren wordt de meststof mooi in het plantgat verspreid en komt zo beschikbaar voor de plant. Volgens ICL is dit de enige meststof voor de volle grond die in het plantgat gedoseerd wordt en twee groeiseizoenen meegaat. Schuurmans legt uit dat de voedingsstoffen en sporenelementen gedoseerd beschikbaar komen voor de plant, sneller bij groeizaam weer en langzamer bij koude en droge omstandigheden.

Druppelslangen

Schuurmans vertelt dat het gebruik van druppelslangen in opkomst is bij de vollegrondsteelt van sierheesters en bos- en haagplantsoen in de regio West- en Midden-Brabant. Irrigeren met deze slangen gebeurt al langer, maar vloeibaar bemesten met slangen is een methode waarmee veel kwekers nu experimenteren.

Druppelslangen

Vloeibaar bijmesten met behulp van druppelslangen is iets wat Sterke al langer doet op zijn kwekerij en hij is zeer te spreken over deze manier van irrigatie en fertigatie. Hij somt de voordelen op: 'Door de druppelslangen zijn we zuiniger met water. Doordat het water beter bij de plant komt, wordt het gewas niet nat en is de kans op schimmels kleiner. De planten hebben minder stress omdat we gedoseerd water geven in plaats van in bulk. En daarnaast kun je de planten goed koelen op hete dagen.' Sterke gebruikt zonnepanelen die drijven op zijn waterbassins om energie op te wekken, die hij vervolgens gebruikt voor de druppelslangen.

Bij klein fruit wordt deze methode al langer toegepast. Schuurmans: 'Met name bij de blauwe bes, waarbij via druppelslangen naast water en meststoffen ook aaltjes worden toegevoegd om taxuskeverlarven en emelten te bestrijden.' Hij sluit af: 'We willen leren van deze sectoren en kijken of we dit ook kunnen toepassen in de boomkwekerij. Dat is onze insteek bij CLTV.'

CLTV

CLTV is een toeleverancier in Zundert, die in 1904 werd opgericht met als doel om de land- en tuinbouw in Zundert en de rest van Midden-Brabant vooruit te helpen. Dat doel geldt nog steeds, maar inmiddels is CLTV meer dan een toeleverancier alleen. Om de veelzijdigheid van het bedrijf overzichtelijk te houden, is CLTV ingedeeld in vier werkgebieden: handel, veiling, koeling en transport.

Erik Bastiaensen, directeur van het bedrijf, liet eerder weten aan dit vakblad dat er vooral boomkwekers en aardbeientelers aangesloten zijn bij de coöperatie. Bij de handelstak zijn voornamelijk boomkwekers betrokken, bij de veilingtak juist aardbeien- en groentetelers. Deze aardbeien worden in de regio gekweekt.

Ook biedt CLTV mogelijkheden voor transport, door het verzamelen, verladen en vervoeren van boomkwekerijproducten. Transportbedrijf Erik Tax BV - dat sinds vorig jaar een onderdeel van de coöperatie is - voert de regie over deze tak van CLTV. En ten slotte is er nog de koeling. Bastiaensen: 'De aardbeientelers zijn goed voor zo'n 60 procent van de producten die wij koelen; 30 procent kun je toerekenen aan de groep boomkwekerijgewassen. Die laatste groep heeft de afgelopen 20 tot 25 jaar een grote vlucht genomen.'

REACTIES

Er zijn nog geen reacties.

download artikel

Tip de redactie